Nieuwe zorgstandaard als gids voor goede zorg bij depressie

 

Depressieve stoornissen komen veel voor. Bijna 19 procent van de Nederlanders krijgt er ooit mee te maken. Hun dagelijks functioneren wordt erdoor beperkt en het zorgt voor hoge maatschappelijke kosten. Om de kwaliteit van zorg en ondersteuning bij depressieve stoornissen verder te verbeteren hebben professionals, patiënten en naasten de Zorgstandaard Depressieve Stoornissen ontwikkeld.

 

De nieuwe zorgstandaard maakt duidelijk wat de patiënt en zijn naaste in de praktijk van een zorgprofessional mogen verwachten. ‘Professionals en patiënten kunnen nu werken vanuit een gedeelde notie van wat goede zorg is’, voorziet prof. dr. Jan Spijker, psychiater en hoogleraar chronische depressie. De zorgstandaard is makkelijk online te raadplegen in de database GGZ-standaarden.

 

 

Gehele zorgtraject

 

De zorgstandaard beschrijft wat goede zorg inhoudt gedurende het hele zorgtraject: van preventie en vroegsignalering tot behandeling en nazorg. In onderstaande video vertelt Jan Spijker waarin de zorgstandaard verder gaat dan de huidige Multidisciplinaire Richtlijn Depressie: ‘Een mooi voorbeeld vind ik dat er – veel meer dan in de richtlijn – staat wat je moet doen als de zorg is afgerond. Wat je moet doen aan terugvalpreventie en hoe je dat doet.’

 

De psychiater verwacht dat professionals hun eigen praktijk tegen het licht zullen houden naar aanleiding van de zorgstandaard. Hij hoopt dat ook zijn eigen patiënten de standaard zullen gebruiken als een hulpgids, om te checken of ze wel de beste zorg krijgen.

 

Bovendien biedt de zorgstandaard een basis voor afspraken tussen zorgaanbieders op regionaal niveau. 'Dat al deze aanbieders weten dat zij werken vanuit hetzelfde concept voor goede zorg en dat zij hetzelfde idee hebben van wat er nodig is.'

 


Datum laatste aanpassing: 08-05-2018